Endpoint Central vs. Microsoft Intune: welke oplossing past bij jouw organisatie?

Endpoint Central VS Microsoft INTUNE in het kort

Toelichting:

Desktop Management

Endpoint Central biedt een zeer complete set aan desktopbeheerfuncties. Denk aan zaken als USB- en poortbeheer, drive mapping, printerbeheer en browserconfiguratie. Al deze mogelijkheden zijn direct beschikbaar binnen het platform, zonder dat daar extra modules of integraties voor nodig zijn. Bij Intune zijn deze functies vaak slechts deels aanwezig of vereisen ze aanvullende Microsoft-componenten of licenties. Hierdoor voelt Intune meer als een basisoplossing die verder moet worden uitgebreid, terwijl Endpoint Central out-of-the-box veel rijkere functionaliteit biedt.

Software Distributie

Op het gebied van softwaredistributie heeft Endpoint Central een duidelijke voorsprong. Het ondersteunt direct MSI-, EXE- en script-bestanden en beschikt bovendien over duizenden kant-en-klare softwaretemplates. Ook is er een zelfserviceportaal, waarmee eindgebruikers zelf goedgekeurde applicaties kunnen installeren. Intune is hier beperkter: het ondersteunt standaard MSI- en .appx-bestanden, maar voor .exe-bestanden moet eerst een omslachtige conversie naar het .intunewin-formaat plaatsvinden, vaak met behulp van extra tools. Dit maakt Endpoint Central veel flexibeler en efficiënter in softwarebeheer.

Patch Management

Patchbeheer is een van de sterkste onderdelen van Endpoint Central. Het platform ondersteunt zowel Microsoft-updates als patches voor meer dan 850 third-party applicaties, waaronder veelgebruikte software zoals Java en Adobe. Daarnaast biedt het geavanceerde functies zoals zero-day kwetsbaarheidsdetectie, severity-based patching en uitgebreide automatisering. Intune richt zich daarentegen primair op Microsoft-updates. Ondersteuning voor third-party applicaties is beperkt en vraagt vaak extra integraties. Voor organisaties die brede software-ecosystemen moeten beveiligen, biedt Endpoint Central dus aanzienlijk meer mogelijkheden.

Remote Support

Endpoint Central heeft uitgebreide remote support-functionaliteit ingebouwd. IT-beheerders kunnen sessies opnemen, bestanden overdragen, met gebruikers chatten, multi-monitoromgevingen beheren en zelfs meerdere sessies tegelijk uitvoeren. Intune biedt wel remote beheer, maar dit blijft beperkt tot basisfunctionaliteiten en mist bijvoorbeeld sessie-opname en uitgebreide multi-monitor-ondersteuning. Voor service desks die snel en efficiënt problemen moeten oplossen, is Endpoint Central daardoor een veel completere oplossing.

Asset Management

Met Endpoint Central krijgen organisaties diep inzicht in hun hardware- en software-assets. Het systeem biedt functies als software metering, automatische meldingen bij wijzigingen en rapportages over verboden of ongewenste software. Intune biedt basisfunctionaliteiten voor asset management, maar mist de diepgang die Endpoint Central biedt. Dit maakt Endpoint Central geschikter voor organisaties die grip willen houden op hun volledige IT-landschap.

Rapportages

Endpoint Central levert een breed scala aan rapportages, waaronder Active Directory-rapporten, logon-rapporten, USB-gebruik en uitgebreide configuratie- en assetrapportages. Deze helpen IT-afdelingen bij compliance en security-audits. Intune biedt wel rapportages, maar deze zijn beperkter in detail en flexibiliteit. Hierdoor zijn de inzichten uit Endpoint Central vaak rijker en direct bruikbaarder.

Integraties

Waar Intune volledig leunt op het Microsoft-ecosysteem, heeft Endpoint Central een brede waaier aan integraties. Het platform koppelt met ITSM-tools zoals ServiceNow en Jira, SIEM-oplossingen als Splunk en Log360, en diverse analytics- en threat detection-oplossingen. Dit maakt het eenvoudiger om Endpoint Central in te passen in een bestaande IT-omgeving die uit meer dan alleen Microsoft-technologie bestaat. Intune is juist aantrekkelijker voor organisaties die volledig op Azure en Microsoft 365 inzetten, omdat daar de integratie naadloos verloopt.

Security & DLP

Endpoint Central bevat standaard functies voor anti-ransomwarebescherming, endpoint privilege management en DLP-beleid. Hierdoor worden endpoints proactief beschermd, zonder dat daar aanvullende producten voor nodig zijn. Intune vertrouwt voor dit soort functionaliteiten grotendeels op integraties met Microsoft Defender en andere licentie-add-ons. Dit kan krachtig zijn binnen een Microsoft-first strategie, maar zorgt er wel voor dat de dekking afhankelijk is van extra licenties en modules.

Mobile Device Management (MDM)

Op het gebied van MDM zijn beide oplossingen sterk. Zowel Endpoint Central als Intune ondersteunen DEP, Android for Work, conditional access, geofencing en uitgebreide restrictieprofielen. Intune heeft hier het voordeel van de nauwe koppeling met Azure conditional access, terwijl Endpoint Central een breder palet aan configuratie- en rapportagemogelijkheden biedt. Voor organisaties die een puur Microsoft-landschap draaien, sluit Intune hier vaak beter op aan, maar Endpoint Central levert meer flexibiliteit als er meerdere platformen naast elkaar gebruikt worden.